Het slot. Tips voor pelgrims naar Rome

Piazza del Popolo. Rome.

25 – 26 mei 2025. Rome – Groningen: 0 km lopen.

We zijn weer thuis. Van Rome naar Groningen kost je dat twee dagen treinen zelfs al rijdt de Frecciarossa het eerste stuk, van Rome naar Milaan, met 250 kilometer per uur. We onderbraken de terugreis in Freiburg im Breisgau, een universiteitsstad met prachtige zaken waaronder de boekhandel zum Wetzstein, maar de trein had twee uur vertraging en daardoor bereikten we Freiburg pas na sluitingstijd van de winkels. Inmiddels zijn we in Groningen en rangeren we binnen een paar dagen in een burgermansbestaan waarbij je in hetzelfde huis ontwaakt en gaat slapen. Zo’n leven lijkt vanzelfsprekend maar dat is het niet, meer dan tachtig dagen liepen we van de ene naar de andere plek, van het ene bed naar het volgende. We leidden het leven van pelgrims, vluchtelingen, avonturiers en diplomaten. Na zo’n tocht besef je hoe verleidelijk eenvoudig een bestaan is met een supermarkt om de hoek waar je al je behoeftes op elk moment kunt kopen. En hoe saai dat soms is.

Het lijf dat dagmarsen aflegde is tot stilstand gekomen en vreemd genoeg ervaren we nu pas de vermoeidheidssymptomen die het lichaam daarvoor klaarblijkelijk onderdrukte. Voeten zijn gezwollen, voetzolen doen pijn, een koortslip verscheen en we zijn doodmoe, we verzetten geen stap meer. 

Al na aankomst in Rome hadden we geen puf meer om nog iets te doen. Het oude centrum hebben we niet gezien, slechts twee plekken bezochten we.

Op een grote gemeentelijke begraafplaats is het graf van Marja, mijn twaalf jaar oudere zus. Ze overleed in 2001 en werd slechts vijftig jaar oud. Mijn neef leidt ons door het labyrint van het kerkhof en na heel wat lanen en pleinen staan we voor haar graf. Een foto op marmer onderstreept dat die plek aan een ooit krachtige en prachtige vrouw toebehoort. Marja had een enorme invloed op mij, veel groter dan ik tijdens haar leven vermoedde. Zij spoorde mij aan om achter de horizon te kijken, om je eigen weg te kiezen en je dan door niets te laten tegenhouden.

Een uur later zitten we bij mijn zwager op het terras voor een gezamenlijke lunch. Auto’s zijn verdwenen, het enige wat je hoort zijn papegaaien in de bomen. Voor ons golft kilometers ver, tot aan de Via Appia Antica, een groen idyllisch landschap. Mijn neef maakt een pasta en komt met steeds andere schotels tot elke plek gevuld is. Een lange periode wordt aan tafel besproken, we denken aan Marja, een familie is bij elkaar. Het eindpunt is bereikt.

In dit laatste bericht willen we jullie nogmaals enorm bedanken voor al jullie reacties, via deze blog of op een andere manier. Wat hebben we daarvan genoten! Na dit bericht rolt de blog zich op, doet zijn ogen dicht en begint (opnieuw) aan een winterslaap. Tot ziens!

P.S. “Tips voor pelgrims” was de meest populaire aflevering van onze Santiago-blog. Vandaar dat we op veler toekomstig verzoek deze blog afsluiten met “Tips voor pelgrims naar Rome”.

  • Sommigen hebben, net als wij vroeger, een droom om ooit een lange tocht door Europa of om specifiek een pelgrimstocht te lopen. Volg je droom, maak die tocht en wacht niet tot je pensioen. De tocht wordt steeds zwaarder, en drukker, en duurder, naarmate je langer wacht.
  • Waar ga je heen? Naar Santiago of Rome? Weet je dat al of twijfel je nog? In het laatste geval raad ik je aan om de halfjaarlijkse bijeenkomsten van de Santiago- en Romeverenigingen te bezoeken. Daar vindt je veel informatie en ontmoet je mensen die de tocht al hebben gelopen en je nuttige tips kunnen geven. Wij liepen de meest populaire Caminoroute, de Camino Frances over de Pyreneeën en via Pamplona en Burgos naar Santiago, en in Italië liepen we eveneens grotendeels over het meest populaire pad, de Via Francigena, naar Rome. De twee tochten verschillen sterk van elkaar (lees de volgende drie punten).
  • Op de weg naar Rome kom je veel minder mensen. In 2016 liepen we met meer dan honderd man de dagetappes naar Santiago, en op de Camino is het sindsdien alleen maar drukker geworden. Daarentegen liepen we op de Via Francigena tot aan Toscana meestal helemaal alleen. Vanaf Lucca verschenen de eerste anderen maar vlak voor Rome waren nog altijd met slechts enkele tientallen onderweg.
  • Door het grote aantal pelgrims vind je ook veel meer faciliteiten langs het pad naar Santiago. Je vindt daar veel meer herbergen, bars, en restaurants die zich specifiek op pelgrims richten. In kleine dorpen heeft de Camino het straatbeeld sterk veranderd. Pelgrims hebben daarentegen een kleine invloed op het dagelijks leven in de plaatsen langs de Via Francigena. In steden als Lucca en Siena verdwijnen de pelgrims in de meute “gewone” toeristen en in de minder bekende plaatsen wordt het leven niet door.pelgrims overheerst. Wil je steeds andere pelgrims ontmoeten dan kan je beter naar Santiago gaan. Zoek je de stilte dan is de tocht naar Rome de betere keuze.
  • De Camino Frances is door vrijwel geheel Spanje een prima ontwikkeld wandelpad met een uitstekende bewegwijzering en met een route die meestal over rustige en/of onverharde paden leidt. De Via Francisca (van de Sint Gotthard naar Pavia) en de Francigena (van Pavia naar Lucca) zijn veel slechtere paden. De bewegwijzering varieert per gemeente en is meermaals beroerd. Je loopt veel vaker en langer over drukke, geasfalteerde straten, de onverharde paden zijn meestal van slechte kwaliteit en je moet goed opletten bij het lopen. In de Apennijnen heb je steile afdalingen die bij regen slipperig worden. Heb je bergwandelervaring dan is dit alles geen probleem. Heb je moeite met lopen of heb je weinig wandelervaring dan zou ik Nood-Italië mijden.
  • De Via Francigena is in Toscana vanaf Lucca prachtig. In de lente loop je door een groen, bloemrijk landschap, in de herfst door een bruin gebied met groene cipressen en villa’s op de heuvels. Heb je slechts een paar weken dan kan je alleen het stuk door Toscana en eventueel ook het stuk door Lazio lopen. In Lazio zijn de paden meestal ook OK, bij aankomst in Rome loop je echter zeven kilometer door een wolk van uitlaatgassen omdat je tezamen met een langzaam rijdende file de stad ingaat.
  • Start je vanuit huis dan moet je je eigen weg naar de Via Francigena vinden. Deze site toont enkele routes. Wij liepen hiervan de Middenroute via de Sint Gotthardpas. We raden je sterk af om over de aanbevolen Eifelsteig en de E1 te lopen. Die paden gaan van heuveltop naar heuveltop, dat is leuk als je een week op stap bent maar als je naar Rome gaat neem je liever de minder sportieve alternatieven door het dal. Wij gebruikten de navigatie App TopoGPS waar je voor een paar tientjes de topografische kaarten van geheel België, Frankrijk, Duitsland en Zwitserland koopt. Routes hebben we gedownload van van site 1 (voor het Jakobipad tussen Konstanz en Brunnen), site 2 (de ViaGottardo tussen Brunnen en Bellinzona), site 3 (de Via Francisca tussen Ponte Tresa en Pavia) en site 4 (de GPX-files van de Via Francigena). Voor de route door de Eifel, de Hunsrück en het Zwarte Woud volgden we het algemene routeverloop die je op de site van de Romevereniging ziet, we gebruikten de aanbevelingen van TopoGPS om een goed pad te vinden tussen gekozen vertrek- en aankomstplaatsen.
  • Er is geen ideaal tijdstip om de Via Francigena te lopen. Wil je de hitte in Italië vermijden dan moet je in de lente lopen maar dan zijn de bergpassen nog onbegaanbaar (onder een dikke laag sneeuw en zijn vrijwel alle slaap- en eetgelegenheden op en rond de pad nog gesloten). Wil je te voet over de Sint Bernhard of Sint Gotthardpas dan zul je in de zomer moeten gaan maar dan kan het in de Povlakte heet zijn waardoor je dagelijks heel vroeg moet vertrekken.Er is geen ideaal tijdstip om de Via Francigena te lopen. Wil je de hitte in Italië vermijden dan moet je in de lente lopen maar dan zijn de bergpassen nog onbegaanbaar (onder een dikke laag sneeuw en zijn vrijwel alle slaap- en eetgelegenheden op en rond de pad nog gesloten). Wil je te voet over de Sint Bernhard of Sint Gotthardpas dan zul je in de zomer moeten gaan maar dan kan het in de Povlakte heet zijn waardoor je dagelijks heel vroeg moet vertrekken.
  • We sliepen in B&B’s, appartementen en eenvoudige hotels en gebruikten hiervoor Booking.com. In Italië boekten we in mei onze kamers een paar dagen van te voren.
  • Lees over de achtergronden van de route. De Omweg naar Santiago van Cees Nooteboom is een must voor elke pelgrim in Spanje. Over de Via Francigena heb ik nauwelijks wat gelezen en dat betreur ik nu. Ook met kennis van de Italiaanse geschiedenis kan het pad je dan vreemd blijven.
  • Zowel in Italië als in Spanje spreken de meeste mensen (wat) Engels. Met een basale kennis van de taal zul je je redden. Men waardeert het als je Spaans/Italiaans spreekt, het kan je in onverwachte situaties helpen
  • Loop met Leki-stokken die een dempingssysteem hebben. Je bespaart dan veel energie bij bestijgingen en het helpt je bij de afdalingen en door het dempingssysteem lopen de stokken veel fijner. Ik heb met stokken van andere merken gelopen maar die waren minder comfortabel en slijten sneller. Sommigen verkopers raden stokken met demping af, die weten echt niet waarover ze het hebben.
  • Eveneens aanbevolen: 1. een poncho die ook over je rugzak past, dat loopt prettiger dan met een regenjas en je trekt het makkelijker aan en uit. 2. een aparte afsluitbare zak voor stekkers, adapters en al het andere kleine grut dat anders in je bovenklep rondslingert.

Rome! We zijn in Rome!!

De Sint Pieter. Dichterbij zijn we niet gekomen. Een honderden meters lange wachtrij van mensenmieren staat op het bordes.

26 mei 2025. Dag 84: La Storta – Roma: 22 km.

We zijn in Rome!!! Na 84 dagen hebben we ons einddoel bereikt! Bij ons vertrek uit Eijsden leek Rome een illusie, dat is iets voor een reis met auto of vliegtuig. Je bent gek als je van Nederland naar Rome wandelt. En dat klopt, neem dat van de experts maar aan. Denk niet aan Rome bij je vertrek uit Nederland, de stad is dan een fata morgana. Ren je naar de spiegeling dan val je en geef je op. Jaag je het achterna dan zul je het niet vinden. Dit is geen route voor het kortetermijndenken. Vertrouw in elkaar, volhard, geniet en jaag je niet over de kop. Geniet van de dag, van de mooie luchten, het jonge groen aan de bomen en al het andere langs het pad.

Niet Rome maar de reis daarheen was ons belangrijkste doel. We keken uit naar Aken, later naar Trier en vervolgens naar de Rijn, naar Haslach, Konstanz en veel andere plaatsjes daarna. Elke dag pak je je rugzak, na een week heeft alles daarin zijn eigen plek, je trekt de deur van het logement achter je dicht, bezoekt een Bäckerei of Fornaio voor het eten onderweg, en daarna begin je aan een nieuwe wandeling, op weg naar je volgende slaapplek. De eerste kilometers verdwijnen het snelst en die daarna worden steeds taaier, lijken steeds langer maar uiteindelijk loop je vier kilometer per uur.

Het eerste uitzicht op Rome, vanaf de Monte Gioia. Nog drie kilometer te gaan.

Rome!!! Cees liep vanochtend voor het laatst tussen ons in… kilometers over een drukke asfaltweg… kilometers door een natuurgebied… en dan omhoog naar de Monte Gioia waar Rome plots aan onze voeten ligt. Cees is onze held, hij vertrouwde en volgde zijn baasjes en wij hopen dat we hem niet teleurgesteld hebben. Rome let op! Rome viert feest! Hier komt het eerste kooikerhondje dat jou lopend heeft bereikt!

Hand-in-hand en met een brok in de keel lopen we het Sint Pietersplein op. Foto gemaakt door Greg en Mary, twee prachtmensen uit Californië.

De Via Francigena eindigt bij het Sint Pietersplein. In andere jaren dwaal je over het plein, bewonder je de kerk en de beide colonnades vanuit steeds andere hoeken en vier je op de stenen vlakte je aankomst met andere pelgrims. Nu is het plein afgesloten en staat iedereen in de rij over een nauwe strook die naar de veiligheidscontrole, de kaartverkoop en de grote basiliek leidt.

Met 84 dagen lopen win je twee uur wachten. Draag een rugzak, wat ongewassen en geurende kleding en dan word je moeiteloos toegelaten tot een speciale, veel rustiger, zelfs bijna lege toegang voor pelgrims, VIP’s en geestelijken. 

Men verwacht dat in dit jaar 30 miljoen pelgrims naar Rome komen. Zo’n 100.000 per dag. In de laatste dagen voor Rome liepen we met een groep van dertig, maximaal vijftig personen over de paden. Waar waren de overige 99.950 mensen? Liepen die ‘s nachts? Of waren wij de sufferds, was er een veel betere route naar Rome zonder asfalt? 

De dame die de testimonia uitgeeft wuift naar ons van verre. Ze heeft niets te doen. Om twaalf uur ‘s middags zijn wij de enige pelgrims die Rome te voet of te fiets bereiken. Ze kijkt naar onze credenciales, lange stroken papier met heel veel stempels die bewijzen dat we veel meer hebben gelopen dan de ten minste vereiste 150 kilometer naar Rome, en geeft ons later de certificaten. Onze omweg naar Rome is bijna voltooid.

Het resultaat van drie maanden stempelen en wandelen: gevulde credenciales en twee getuigschriften.

Voor de muren van Rome

Cees is niet onder de indruk van de afstand tot Rome.

25 mei 2025. Dag 81: Vetralla – Sutri: 24 km. Dag 82: Sutri – Campagnano di Roma: 24 km. Dag 83: Campagnano di Roma – La Storta: 24 km.

Ruim tachtig dagen regelden we onze onderkomens. Ooit had je hiervoor een reisgids en belde je het rijtje aanbevolen hotels totdat je beet had. Zo ging het twintig jaar geleden maar tijdens onze tocht boekten we onze slaapplekken via Booking.com en als dat niets opleverde belden we de hotels die zich aan dit platform onttrokken. We sliepen in heerlijke, gastvrije Duitse Gasthofe, een prachtig Zwitsers hotel-klooster, een Frans bejaardentehuis en een museaal Toscaans pand met marmeren bustes van keizers bij de entree. Altijd vonden we plek, Cees was geen probleem, zelfs eerder een attractie. 

Tot gisteren.

Aan het strand van Lago Bracciano. Morgen zijn we vertrokken!

In Campagnano di Roma (zo’n zestig kilometer voor Roma) gebeurden vreemde zaken. We boekten een kamer via Booking.com , de reservering werd bevestigd maar twee volle dagen later desondanks geannuleerd. Een plek in een ander hotel van dezelfde eigenaar werd ons als alternatief aangeboden, tegen een veel hoger tarief. Monique belde Booking, die vond een andere plek tegen de oorspronkelijke prijs en zou verder alles regelen. Probleem opgelost. Op zaterdag vierentwintig mei 2025 staan we om vier uur ’s middags bij de receptie van hotel Benigni in Campagnano di Roma. We waren toch weer moe van het wandelen en we keken uit naar de douche. Geen plaats. Tutto completo! We herhalen de naam H-A-M-M-I-N-K, Monique. Alles bleef vol. Een uur bellen later blijkt dat Booking de aangeboden kamer bij hotel Benigni niet had gereserveerd. Opnieuw een uur, een zenuwinzinking en een wederopstanding later zitten we op het strand van Lago Bracciano, vijftig kilometer boven Rome. De zon gaat onder, de strandstoelen zitten goed en we hebben een Caravan-de-luxe van 24 vierkante meter. Voor een enkele nacht is het een grappige plek maar in twee weken vakantie verandert die in een hel.

In dit gebied rijden geen taxi’s. Hier gebruik je je netwerk om iemand te vinden die je in zijn auto vervoert. Het hotel kende iemand die ons naar de camping bracht en hij zou ons de volgende dag, op zondag, om acht uur ’s ochtends oppikken. Met knikkende knieën lopen we ’s ochtends naar de afgesproken plek. Wat moeten we doen als hij niet opdaagt, maar zie… onze vriend staat al klaar in zijn auto. Daardoor hebben we vandaag alsnog La Storta bereikt, op 20 kilometer van het centrum van Rome. La Storta is een wijk van Rome, eigenlijk zitten al we in de Bijlmer en lopen we morgen het stuk naar de Dam. 

We zijn nog lang niet begonnen met de evaluatie. Die start na terugkomst en duurt een paar jaar. En toch… wat zijn we trots op onze Cees. Wat een kanjer is onze Cees! Cees is zo maar het eerste Hollandse kooikershondje dat naar Rome tippelt! Hij houdt niet van asfaltwegen en zeker niet in combinatie met weinig schaduw en hoge temperaturen. Daarom beginnen we morgen voor acht uur ‘s ochtends aan de laatste etappe naar de Sint Pieter. Op dat plein hopen we het einde met enkele andere pelgrims te vieren. De groep wandelaars die met ons naar Rome trekt is klein, meer dan dertig mensen zullen het niet zijn. Je herkent elkaar, met enkelen hebben we het brood gedeeld, met anderen een terrastafel. Iedereen is verbaasd, dit is toch het Jubeljaar? Dit is toch het jaar waarin Rome tien miljoen bezoekers extra verwacht? Waar zijn al die mensen? Of tellen we dubbel? Tellen we tienmaal mee?

Onze tocht door Europa. Eijsden – Roma, 2025.

Over zin en onzin

De pelgrims zijn bijna uitgewandeld. San Martino al Cimino.

22 mei 2025. Dag 79: Montefiascone – Viterbo: 18 km. Dag 80: Viterbo – Vetralla: 25 km.

Vandaag, 22 mei, zijn we nog maar 91 kilometer van Rome verwijderd. Nog vier dagetappes en dan zijn we in de stad. Ik herinner me dezelfde laatste periode van onze Camino naar Santiago. We verlangden ernaar om in Santiago te arriveren omdat dat het einde van de tocht zou zijn, omdat het een prachtige plek is en omdat je, na maanden op het Jacobspad, de cruciale rol van Santiago in de historie van het land beseft. Het steunde de koninkrijken Leon en Castilië in hun strijd tegen de moren. Over de Camino reisden pelgrims en handwerkers, en daarmee technologisch vernuft en informatie, uit heel Europa naar de belaagde gebieden en door terugkerende lieden bleven anderen op de hoogte van de voortgang van de Reconquista. Desondanks, wellicht de belangrijkste reden om voor Santiago te vallen is De Omweg naar Santiago, het Spaanse reisboek van Cees Nooteboom waarin de schrijver een route langs Jacobswegen kiest en uiteindelijk in Santiago aankomt. Zijn liefde voor Spanje en Santiago is aanstekelijk, je wilt zien wat hij beschrijft en wat je dan ziet gloeit in het gouden daglicht van zijn begrip.

De Via Francigena gaat naar niet naar Rome zoals op alle borden staat, maar naar Vaticaanstad, het aloude machtscentrum van de katholieke kerk. Dat stadstaatje stelt qua omvang niets voor maar vroeger, voor het ontstaan van het huidige Italië, vormden grote delen van Lazio, Toscana, Umbria en Campania een katholieke staat die de paus als een wereldlijk leider regeerde. Een leider die politiek bedreef, oorlog voerde en anderen doodde indien noodzakelijk.

De Atheense school. Rafaël, Vaticaans museum.

Ik, Tim, zet mijn roze bril op. De kerk heeft natuurlijk bijgedragen aan de ontwikkeling van Europa, het heeft gebieden gecultiveerd (denk maar aan wat cisterciënzers uit Aduard betekenden voor de ontwikkeling van Groningen), kloosters waren kenniscentra die oude antieke teksten kopieerden en werden later soms een intellectuele voedingsbodem waaruit een universiteit ontstond, en de kerk was als belangrijkste opdrachtgever de drijvende kracht achter de ontwikkeling van de kunsten tot ver in de renaissance. Onze CD-verzameling heeft een forse collectie religieuze muziek van von Bingen, Josquin, Gombert, Vittoria, Palestrina en anderen. Het eindeloze Vaticaans museum vind ik het mooiste deel van het mini-staatje, met schatten zoals de kamers van Rafael. De enorme collectie illustreert dat zonder kerk de Westerse kunst er totaal anders had uitgezien. Een bezoek aan Rome is niet compleet zonder een uitstapje naar het Vaticaan.

Maar… het staatje heeft ook een diep duistere kant. Hier zetelt een instituut dat het morele gelijk claimt, waarvan de leerstellingen een goddelijke oorsprong zouden hebben en waarvan de leider, de paus, de plaatsbekleder van Jezus Christus en de opvolger van Petrus beweert te zijn. Het verkondigt een leer vol mythes die je ook tegenkomt bij andere godsdiensten uit het begin van onze jaartelling [Karen Armstrong, A History of God], de leer is vol gebeurtenissen die nooit hebben plaatsgevonden – niemand heeft op water gelopen, niemand is uit de dood opgestaan, niemand is spontaan zwanger – en het bevat absurde constructies zoals de heilige drie-eenheid waarvan je je afvraagt welke verwarde geest zulke nonsens in Nicea, in het jaar 325, heeft geformuleerd. Ontdoe de leer van zulke mythes en begrippen en wat dan overblijft is een waardevolle menselijke moraalleer. Een leer waarover je met elkaar discussieert, die men bij voortschrijdend inzicht veranderd en die je zonder gevaar voor lijf en leden verwerpt als je het er niet mee eens bent. Kortom een kerk waarvan een kardinaal, bij kritiek op dogma’s of bijbelpassages, zou antwoorden: “Goh, ja, zo hebben we het eigenlijk nooit eerder bekeken” en de stellingen aanpast. Maar zo gaat het niet, de paus heeft altijd gelijk, katharen of hussieten hadden het beaamt maar die zijn onder dwang bekeerd of ordinair vermoord.

Veel van het voorafgaande gaat over wat eeuwen geleden plaatsvond maar de invloed van de kerk is in Italië nog onverminderd groot, ook al is het rooms-katholicisme niet meer de officiële staatsgodsdienst. Ben je geen katholiek of, erger nog, geen christen dan kan je bij gelegenheid als een hond worden behandeld. Ik heb dat een keer meegemaakt en ben dat niet vergeten. Nog altijd geniet ik van Rafael en Josquin maar ga mij niet in detail de betekenis van bijbelse scenes of religieuze muziekteksten uitleggen want dan haak ik af. Het zijn mythes, door mensen bedacht, niets meer, en komt van een overtuiging die mij als persoon uiteindelijk verfoeit.

Het team in Viterbo.

NIEUWS!!!

Psst…

Pssst… herinner je ons nog?

Nee? Doe je ogen dicht (terwijl je dit stuk leest) en denk aan 2016. Februari 2016.

Twee mensen staan met hun hond voor de deur van een hotel in Eijsden. De zon schijnt maar het water in de sloten is bevroren. Ze inspecteren hun rugzakken, treuzelen en dan zet iemand de eerste stap.

Nel, die al 53 jaar in het pand tegenover het hotel woont, zag ze vertrekken en wist het gelijk. Dit stel gaat niet naar de Albert Heijn om een pak melk te kopen en die beginnen nu evenmin aan een door de VVV uitgezette wandelroute.

Twee straten verder was Sjefke aan zijn dagtaak begonnen. Sjefke zat aan zijn eerste kopje koffie, van achter de vitrage hield hij de straat in de gaten. Het is tien uur, tot op dat moment was alles zoals het wezen moest, de bakkersknecht had twee bolletjes gebracht en de buurman had zich die dinsdag opnieuw verslapen en groette hem haastig in het voorbijgaan. Het wolkje melk zweefde door de koffie maar het zilveren melkkannetje (1948, vijftig jaar Wilhelmina) werd abrupt op tafel gezet. Sjefke’s routines raakten die ochtend in de war.

Hij stond op, een vreemd, onregelmatig getik vulde de ruimte tussen de huizen. Alsof de koekoeksklok geen water maar een dröpke jenever had gedronken en de tijd op goed geluk vooruitstruikelde. Twee mensen met wandelstokken en heel grote rugzakken passeerden zijn raam en wat Nel in de consternatie had gemist, zag Sjefke gelijk. Twee schelpen bungelden aan de rugzakken. De gezichten van de wandelaars kon hij zich niet meer herinneren. Alleen de schelpen. Jakobsschelpen. Dit waren pelgrims op weg naar Santiago.

Inderdaad, ruim twee jaar geleden begonnen we aan onze tocht naar Santiago. Nel, Sjefke noch wij wisten wat het betekende om in honderd dagen naar Santiago te lopen en evenmin wisten we wat de Camino met ons zou “doen”. Dat zouden we wel zien, we waren goed getraind en we hadden elkaar, dat moest toch voldoende zijn. Toch?

We gingen op pad en ontwikkelden een nieuw dagelijks ritme. We ontwaakten in telkens een ander bed, kregen een ontbijt van de gastvrouw, propten al onze spullen in de rugzak en begonnen daarna aan een nieuwe etappe van 25 kilometer. Zeven dagen per week, door storm en stortbuien, over asfalt en blubberpaden.

In de namiddag bereikten we een volgend adresje waar een douche en diner op ons wachtten. Uiteindelijk is het donker, ligt iedereen in bed, Monique slaapt al en Puck ronkt zachtjes. Dan gaat de MacBook open en tik ik een tekst voor de dagelijkse blog. Aanvankelijk gaat het over de Camino, de ontberingen en het pelgrimsleven. Maar na een paar dagen ontdek je dat je al lopend door de provincie een onthullende inkijk in de toestand van een natie krijgt. Dat je ziet hoe het Franse platteland ontvolkt, hoe winkels en voorzieningen verdwijnen, hoe de bevolking zich in hun huizen verschanst en uit wanhoop op het Front National stemt. En dat Spanje zich weliswaar uit een zware economische crisis worstelt maar dat de mensen in het land opgewekter lijken, meer vertrouwen in de toekomst hebben en elkaar nog op straat ontmoeten.

De blog gaat over Europa, mijn Europa!, over de kerken de we onderweg bewonderen en de duiveltjes die vanaf hun romaanse pilaren ons nauwlettend in de gaten houden en ons de hele tocht lijken te begeleiden. We spreken Diderot en John de Mol, een inquisiteur en een brigadier, een soldaat uit de Eerste Wereldoorlog en een aanbidder van George Sand. Dan staan we perplex over de uitslag van het Oekraïnereferendum, horen we terloops het nieuws over een aanslag in Brussel en hoe een kleine dictator de EU chanteert. Het normale leven gaat verder maar de drie maanden Camino geven je de rust en de inspiratie om je gedachten te ordenen en stelling te nemen in het publieke debat.

Zo ontstonden ruim honderd blogartikelen.

De afgelopen twee jaar zijn die teksten bewerkt. Sommigen stukken zijn geschrapt en van anderen is de inhoud drastisch gewijzigd. Nieuwe verhalen zijn toegevoegd en gebundeld in een proloog, een paar intermezzi en een epiloog. Die vertellen bijvoorbeeld hoe een edelman in Lerma ons aanspoorde om de Camino te lopen of over Montserrat Figueras die in het laatste hoofdstuk over het visioen van een middeleeuwse pelgrim zingt.

Het manuscript is herlezen en gecorrigeerd en daarna opnieuw bekeken en vervolgens nog eens veranderd enzovoort enzovoort. Professionele vormgevers hebben de tekst en de omslag onder handen genomen, ze hebben mij het resultaat op hun computerscherm getoond, het is schitterend en ik wacht vol spanning om het boek in handen te houden. Nu zijn de drukker en de binder aan zet en daarna zal het boek verschijnen bij een zojuist opgerichte uitgeverij.

Op zaterdagmiddag 2 juni, vanaf 4 uur (de details volgen nog) is het zover. Dan wordt het boek gepresenteerd bij boekhandel Godert Walter aan de Oude Ebbingestraat 53 in Groningen. Jullie, trouwe blogvolgers, zijn hiervoor van harte uitgenodigd, reserveer de datum alvast in jullie agenda’s!

Hou de blog in de gaten voor het laatste nieuws!

adieu Diderot, adieu!

 

Bedankt!

De Camino loop je niet alleen. Onze tocht werd ondersteund door alle berichten die jullie ons de afgelopen maanden stuurden. Onze excuses wanneer we ze niet hebben beantwoord. We hebben alle reacties gelezen, soms in een tent, dan weer in een herberg met vreselijk slechte WiFi. En vaak hard gelachen. Bijvoorbeeld als we jullie aanmoedigingen lazen nadat we doornat een Franse chambre d’hôtes hadden bereikt of niet konden slapen in een slaapzaal. Hartelijk dank, lieve blog-volgers, met zo’n steun word de Camino een stuk makkelijker.

Daarnaast willen we ook uitdrukkelijk onze collega’s bedanken.

Monique bedankt natuurlijk het team van kapsalon Zus en Zo, zonder hun extra inzet tijdens de afgelopen maanden was de Camino niet mogelijk geweest. Bij terugkomst was ik enorm verrast toen ik in een geheel vernieuwde koffiekamer kwam. Rob, ook jij: enorm bedankt voor al het werk dat je voor dit cadeautje hebt verzet! Wat een prachtmensen!

Tim bedankt Jean-Bart die mijn plan om de Camino te lopen altijd heeft ondersteunt en daarnaast dat hij en de overige leden van het Drachtense Philips Air team mijn activiteiten gedurende deze tijd wilden overnemen. Ik ben eveneens blij dat Philips een genereuze sabbatical regeling heeft die zo’n lange tocht überhaupt mogelijk maakt. Science-studenten: ga hier werken!

En verder bedanken we Jet, Sijtske, Han en Henk voor het liefdevol verzorgen van Puma. Ze was in een opperbeste stemming toen we thuiskwamen!

We zijn weer thuis!

(Santiago de Compostela -) Groningen, 4 juni, 19 hr, 24 ºC, 0 km, Totaal: ca. 2400 km

Nu, aan het einde van onze tocht, zijn we weer teruggekeerd naar waar we begonnen. Thuis. Bij ons vertrek was het winter, kwamen de eerste crocussen boven de grond, waren de bomen kaal en liepen mensen rond in dikke jassen. De zon scheen maar na de schemering werd het bitter koud.

De pelgrimage is voltooid, pas later kunnen we de tocht en onze ervaringen overzien. De herinneringen zijn nog niet gecatalogiseerd, archiefkaartjes liggen op de grond en we wroeten er dagelijks met veel genoegen in.

In Groningen was het vandaag warm, warmer dan op de Spanje hoogvlakte, en veel warmer dan in Santiago. We liepen door de Schildersbuurt en uiteindelijk zwaaiden we met Puck onze straat in, eerst bij meneer van den Heuvel aanbellen en daarna de laatste 50 meter, naar onze voordeur. Bij ons vertrek in februari leken onze benen als van lood, gingen de stappen langzaam, het bekende achter ons latend, een onzeker, groot avontuur tegemoet. Wij hadden niets anders dan onze rugzakken en elkaar, maar dat was heel wat. En meer dan voldoende.

Vandaag waren de passen veel lichter, we verlangden naar ons huis, onze tuin, waar we languit kunnen liggen (als we dat willen) en natuurlijk naar Puma, onze poes. Als een magneet werden we steeds sneller naar de voordeur getrokken. En dan komen we aan het einde van de tocht opnieuw bij Cees Nooteboom, een parafrase op het einde van zijn Omweg naar Santiago: Er is een eind aan onze omweg gekomen. Onze Spaanse reis is voorbij.

Thuis11

onze Camino, 100+ loopdagen van Eijsden naar Santiago de Compostela

rood = Via Mosana (door België)

groen: Via Campaniensis (door Frankrijk naar Vézelay)

paars: Via Lemovicensis (van Vézelay naar Spanje)

blauw: Camino Francès (door Spanje, naar Santiago)

elk symbool is een overnachting tijdens de tocht

De Butafumeiro

de Butafumeiro in full swing

Santiago, 3 Juni, 16 hr, 21 ºC, 0 km

Menig pelgrimstocht is afgesloten met de pendel van de Butafumeiro, het grootste wierookvat ter wereld dat elke vrijdag in de kathedraal van Santiago heen en weer zwiept tot een hoogte van wel 10 meter. Het vormt het einde van de pelgrimsmis, sommigen zeggen dat het vat diende om de stank van de pelgrims te neutraliseren.

Een aantal volwassen mannen trekken aan het touw dat het vat in beweging houdt. Gaat dit wel goed? Wat zou er gebeuren als het touw breekt? Dat schijnt twee keer te zijn gebeurd, het vat is met de brandende inhoud via een deur naar buiten gevlogen. Maar resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst en ik hoop daarom dat men voldoende blusmiddelen binnen handbereik houdt (ik heb ze niet gezien).

Gedurende de mis is het streng verboden om foto’s en video’s te maken. Maar als de potige mannen naar voren treden bezwijkt het regime en flitst het uit alle hoeken en gaten. En iedereen gaat naar voren om het vat te zien, wij werden bijna tegen een pilaar platgedrukt, maar een pelgrim heeft wel voor hetere vuren gestaan.

Santiago201

the masters of the Butafumeiro

En daarmee is ons programma voor Santiago beëindigd, nog een paar uur zwieren en van terrassen genieten, morgen vliegen we naar Groningen en beëindigen we de blog.

Afscheid

Beste Denis,

We hebben het gehaald. Dat wat voor ons drie maanden geleden nog onvoorstelbaar was, is werkelijkheid geworden: we zijn in Santiago de Compostela. Het enige wat je moet doen is stug elke dag 25 kilometers lopen, dan kom je overal, ook in Santiago.

Ik wilde je schrijven voordat ik naar het Noorden terugkeer, als op een afscheidsreceptie. Ik zal het kort houden, bij een goed afscheid hoeft immers weinig gezegd te worden, belangrijke zaken zijn dan al op een eerder en rustiger moment besproken.

Het is een overdonderende tocht geweest, op dit moment hebben we de indruk dat we de helft van de reis al weer zijn vergeten. We hebben tijd nodig, tijd om bij te komen van de inspanningen, om te beseffen wat er allemaal gebeurd is en om ons weer voor te bereiden op het normale leven.

Het is een tocht geweest dat ons heeft verrijkt, het dwong ons na te denken over datgene wat voor ons belangrijk is, over onze plaats in de samenleving. Wat een toeval was het dat ik jou daarbij weer ben tegengekomen. Sommigen zullen dit weerspreken en zeggen dat het voorbestemt was maar jij (en ik) weten beter. Het was inderdaad toeval en dat is juist het mooie van het leven. We spraken elkaar voor het eerst op het Spinoza Lyceum in Amsterdam, de lerares geschiedenis stelde ons aan elkaar voor en zij heeft een jaar lang over niets anders gesproken dan over jullie, Les Philosophes. Maar toch nog niet zo indringend als Philipp Blom tijdens onze voettocht door Frankrijk. Maar, zoals beloofd, ik hou het kort, in eerdere blogs heb ik hierover reeds geschreven.

Vergezeld door jouw filosofie zijn we langs kerken en pelgrimsplaatsen getrokken. Hoe graag zou ik met jou daarover in discussie gaan aan een grote en rijkbedeelde dis. Ik ben nog meer onze autochtone Europese waarden gaan waarderen, de democratie, de scepsis, de veelzijdigheid, de schoonheid. En wat een bijdrage heeft de vroeg-middeleeuwse clerus hierbij wel niet gespeeld. Ik zie je gruwen, maar hef het glas en hef je stem, weerspreek mij!, niet gehinderd door dogma’s of taboes.

Of wacht, nog even, ik ben het belangrijkste vergeten. Die drie maanden Camino zijn een leerschool waarvan de pelgrim zelf de inhoud bepaalt. Mijn colloquium bestond uit al wat ik zag op de Camino, de gesprekken met andere pelgrims en bewoners, de boeken van jou en anderen. Dat heeft een oude levensles onderstreept, een les die mijn ouders mij hebben geleerd en die op de middelbare school en de universiteit slechts is versterkt: buig niet voor (kleine) dictators, voor communisme of voor nieuwe intolerante groeperingen in Nederland. Leef vrij en onverveerd.

Cervantes1

het is Cervantes-jaar! (1547 – 1616)

koopt en leest allen Don Quichotte!

 

Uitgeblust

de kathedraal aan je voeten, Plaza de Obradoiro

Santiago de Compostela, 2 juni, 22 hr, 20 ºC, 0 km

We zijn geen medici of inspanningsfysiologen. We dachten dat we vrolijk huppelend door de straten van Santiago zouden snellen. Verlost van de rugzak en vol van energie. Het tegenovergestelde gebeurde. Nadat we voor het eerst sinds drie maanden hadden uitgeslapen en een groot ontbijt hadden genuttigd, sleepten we ons voort. We zaten urenlang op en rond het Plaza de Obradoiro. Dat is geen straf overigens, zien hoe mensen over dit wijdse plein naar de kerk of de Parador schrijden, pelgrims per voet en fiets arriveren (en op de stenen neerploffen), kinderen rondjes rennen en het grijs van de gebouwen gedurende de dag steeds anders kleurt.

Elke dag wordt om 12 uur de pelgrimsmis in de kathedraal gehouden. De kerk was volledig gevuld, mensen zaten in de gangpaden, de wensdroom van elke Nederlandse priester. De bisschop heeft ons genoemd, we hoorden bij de Nederlandse pelgrims die gisteren uit St. Jean waren aangekomen. Vertrekpunten zoals Eijsden, die meer dan 25 kilometer van de Spaanse grens lagen, werden niet genoemd. We fronsten de wenkbrauwen maar de bisschop gaf geen krimp. Helaas werd de pelgrimsmis, dus voor pelgrims uit alle landen, gehouden in het Spaans. De eerste 20 minuten dringt de kern van het betoog nog tot je door maar daarna hebben we de kapitelen en het goud van Jacobus en het altaar bekeken. En de hardhouten bank gevoeld. Draakjes heb ik niet gezien, ook de ooievaars en Balthasar, de griffioen, waren afwezig. Ooit was dit het hoogtepunt van de Romaanse bouwkunst maar het is in de afgelopen eeuwen ernstig toegetakeld. Hadden ze maar welstandscommissies gehad om alle oude verbouwingsplannen af te keuren.

Santiago101

Santiago aan je voeten

Vanuit de Parador zijn we verhuist naar een kamer dat veel minder kost, waar je wel vriendelijk geholpen wordt en dat een eigen terras heeft met uitzicht op een stadsplein. Met een glas wijn wordt elke voorbijganger bekeken en becommentarieerd.

Je ziet, de Groninger pelgrims zijn toeristen geworden.