NIEUWS!!!

Psst…

Pssst… herinner je ons nog?

Nee? Doe je ogen dicht (terwijl je dit stuk leest) en denk aan 2016. Februari 2016.

Twee mensen staan met hun hond voor de deur van een hotel in Eijsden. De zon schijnt maar het water in de sloten is bevroren. Ze inspecteren hun rugzakken, treuzelen en dan zet iemand de eerste stap.

Nel, die al 53 jaar in het pand tegenover het hotel woont, zag ze vertrekken en wist het gelijk. Dit stel gaat niet naar de Albert Heijn om een pak melk te kopen en die beginnen nu evenmin aan een door de VVV uitgezette wandelroute.

Twee straten verder was Sjefke aan zijn dagtaak begonnen. Sjefke zat aan zijn eerste kopje koffie, van achter de vitrage hield hij de straat in de gaten. Het is tien uur, tot op dat moment was alles zoals het wezen moest, de bakkersknecht had twee bolletjes gebracht en de buurman had zich die dinsdag opnieuw verslapen en groette hem haastig in het voorbijgaan. Het wolkje melk zweefde door de koffie maar het zilveren melkkannetje (1948, vijftig jaar Wilhelmina) werd abrupt op tafel gezet. Sjefke’s routines raakten die ochtend in de war.

Hij stond op, een vreemd, onregelmatig getik vulde de ruimte tussen de huizen. Alsof de koekoeksklok geen water maar een dröpke jenever had gedronken en de tijd op goed geluk vooruitstruikelde. Twee mensen met wandelstokken en heel grote rugzakken passeerden zijn raam en wat Nel in de consternatie had gemist, zag Sjefke gelijk. Twee schelpen bungelden aan de rugzakken. De gezichten van de wandelaars kon hij zich niet meer herinneren. Alleen de schelpen. Jakobsschelpen. Dit waren pelgrims op weg naar Santiago.

Inderdaad, ruim twee jaar geleden begonnen we aan onze tocht naar Santiago. Nel, Sjefke noch wij wisten wat het betekende om in honderd dagen naar Santiago te lopen en evenmin wisten we wat de Camino met ons zou “doen”. Dat zouden we wel zien, we waren goed getraind en we hadden elkaar, dat moest toch voldoende zijn. Toch?

We gingen op pad en ontwikkelden een nieuw dagelijks ritme. We ontwaakten in telkens een ander bed, kregen een ontbijt van de gastvrouw, propten al onze spullen in de rugzak en begonnen daarna aan een nieuwe etappe van 25 kilometer. Zeven dagen per week, door storm en stortbuien, over asfalt en blubberpaden.

In de namiddag bereikten we een volgend adresje waar een douche en diner op ons wachtten. Uiteindelijk is het donker, ligt iedereen in bed, Monique slaapt al en Puck ronkt zachtjes. Dan gaat de MacBook open en tik ik een tekst voor de dagelijkse blog. Aanvankelijk gaat het over de Camino, de ontberingen en het pelgrimsleven. Maar na een paar dagen ontdek je dat je al lopend door de provincie een onthullende inkijk in de toestand van een natie krijgt. Dat je ziet hoe het Franse platteland ontvolkt, hoe winkels en voorzieningen verdwijnen, hoe de bevolking zich in hun huizen verschanst en uit wanhoop op het Front National stemt. En dat Spanje zich weliswaar uit een zware economische crisis worstelt maar dat de mensen in het land opgewekter lijken, meer vertrouwen in de toekomst hebben en elkaar nog op straat ontmoeten.

De blog gaat over Europa, mijn Europa!, over de kerken de we onderweg bewonderen en de duiveltjes die vanaf hun romaanse pilaren ons nauwlettend in de gaten houden en ons de hele tocht lijken te begeleiden. We spreken Diderot en John de Mol, een inquisiteur en een brigadier, een soldaat uit de Eerste Wereldoorlog en een aanbidder van George Sand. Dan staan we perplex over de uitslag van het Oekraïnereferendum, horen we terloops het nieuws over een aanslag in Brussel en hoe een kleine dictator de EU chanteert. Het normale leven gaat verder maar de drie maanden Camino geven je de rust en de inspiratie om je gedachten te ordenen en stelling te nemen in het publieke debat.

Zo ontstonden ruim honderd blogartikelen.

De afgelopen twee jaar zijn die teksten bewerkt. Sommigen stukken zijn geschrapt en van anderen is de inhoud drastisch gewijzigd. Nieuwe verhalen zijn toegevoegd en gebundeld in een proloog, een paar intermezzi en een epiloog. Die vertellen bijvoorbeeld hoe een edelman in Lerma ons aanspoorde om de Camino te lopen of over Montserrat Figueras die in het laatste hoofdstuk over het visioen van een middeleeuwse pelgrim zingt.

Het manuscript is herlezen en gecorrigeerd en daarna opnieuw bekeken en vervolgens nog eens veranderd enzovoort enzovoort. Professionele vormgevers hebben de tekst en de omslag onder handen genomen, ze hebben mij het resultaat op hun computerscherm getoond, het is schitterend en ik wacht vol spanning om het boek in handen te houden. Nu zijn de drukker en de binder aan zet en daarna zal het boek verschijnen bij een zojuist opgerichte uitgeverij.

Op zaterdagmiddag 2 juni, vanaf 4 uur (de details volgen nog) is het zover. Dan wordt het boek gepresenteerd bij boekhandel Godert Walter aan de Oude Ebbingestraat 53 in Groningen. Jullie, trouwe blogvolgers, zijn hiervoor van harte uitgenodigd, reserveer de datum alvast in jullie agenda’s!

Hou de blog in de gaten voor het laatste nieuws!

adieu Diderot, adieu!

 

Bedankt!

De Camino loop je niet alleen. Onze tocht werd ondersteund door alle berichten die jullie ons de afgelopen maanden stuurden. Onze excuses wanneer we ze niet hebben beantwoord. We hebben alle reacties gelezen, soms in een tent, dan weer in een herberg met vreselijk slechte WiFi. En vaak hard gelachen. Bijvoorbeeld als we jullie aanmoedigingen lazen nadat we doornat een Franse chambre d’hôtes hadden bereikt of niet konden slapen in een slaapzaal. Hartelijk dank, lieve blog-volgers, met zo’n steun word de Camino een stuk makkelijker.

Daarnaast willen we ook uitdrukkelijk onze collega’s bedanken.

Monique bedankt natuurlijk het team van kapsalon Zus en Zo, zonder hun extra inzet tijdens de afgelopen maanden was de Camino niet mogelijk geweest. Bij terugkomst was ik enorm verrast toen ik in een geheel vernieuwde koffiekamer kwam. Rob, ook jij: enorm bedankt voor al het werk dat je voor dit cadeautje hebt verzet! Wat een prachtmensen!

Tim bedankt Jean-Bart die mijn plan om de Camino te lopen altijd heeft ondersteunt en daarnaast dat hij en de overige leden van het Drachtense Philips Air team mijn activiteiten gedurende deze tijd wilden overnemen. Ik ben eveneens blij dat Philips een genereuze sabbatical regeling heeft die zo’n lange tocht überhaupt mogelijk maakt. Science-studenten: ga hier werken!

En verder bedanken we Jet, Sijtske, Han en Henk voor het liefdevol verzorgen van Puma. Ze was in een opperbeste stemming toen we thuiskwamen!

We zijn weer thuis!

(Santiago de Compostela -) Groningen, 4 juni, 19 hr, 24 ºC, 0 km, Totaal: ca. 2400 km

Nu, aan het einde van onze tocht, zijn we weer teruggekeerd naar waar we begonnen. Thuis. Bij ons vertrek was het winter, kwamen de eerste crocussen boven de grond, waren de bomen kaal en liepen mensen rond in dikke jassen. De zon scheen maar na de schemering werd het bitter koud.

De pelgrimage is voltooid, pas later kunnen we de tocht en onze ervaringen overzien. De herinneringen zijn nog niet gecatalogiseerd, archiefkaartjes liggen op de grond en we wroeten er dagelijks met veel genoegen in.

In Groningen was het vandaag warm, warmer dan op de Spanje hoogvlakte, en veel warmer dan in Santiago. We liepen door de Schildersbuurt en uiteindelijk zwaaiden we met Puck onze straat in, eerst bij meneer van den Heuvel aanbellen en daarna de laatste 50 meter, naar onze voordeur. Bij ons vertrek in februari leken onze benen als van lood, gingen de stappen langzaam, het bekende achter ons latend, een onzeker, groot avontuur tegemoet. Wij hadden niets anders dan onze rugzakken en elkaar, maar dat was heel wat. En meer dan voldoende.

Vandaag waren de passen veel lichter, we verlangden naar ons huis, onze tuin, waar we languit kunnen liggen (als we dat willen) en natuurlijk naar Puma, onze poes. Als een magneet werden we steeds sneller naar de voordeur getrokken. En dan komen we aan het einde van de tocht opnieuw bij Cees Nooteboom, een parafrase op het einde van zijn Omweg naar Santiago: Er is een eind aan onze omweg gekomen. Onze Spaanse reis is voorbij.

Thuis11

onze Camino, 100+ loopdagen van Eijsden naar Santiago de Compostela

rood = Via Mosana (door België)

groen: Via Campaniensis (door Frankrijk naar Vézelay)

paars: Via Lemovicensis (van Vézelay naar Spanje)

blauw: Camino Francès (door Spanje, naar Santiago)

elk symbool is een overnachting tijdens de tocht

De Butafumeiro

de Butafumeiro in full swing

Santiago, 3 Juni, 16 hr, 21 ºC, 0 km

Menig pelgrimstocht is afgesloten met de pendel van de Butafumeiro, het grootste wierookvat ter wereld dat elke vrijdag in de kathedraal van Santiago heen en weer zwiept tot een hoogte van wel 10 meter. Het vormt het einde van de pelgrimsmis, sommigen zeggen dat het vat diende om de stank van de pelgrims te neutraliseren.

Een aantal volwassen mannen trekken aan het touw dat het vat in beweging houdt. Gaat dit wel goed? Wat zou er gebeuren als het touw breekt? Dat schijnt twee keer te zijn gebeurd, het vat is met de brandende inhoud via een deur naar buiten gevlogen. Maar resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst en ik hoop daarom dat men voldoende blusmiddelen binnen handbereik houdt (ik heb ze niet gezien).

Gedurende de mis is het streng verboden om foto’s en video’s te maken. Maar als de potige mannen naar voren treden bezwijkt het regime en flitst het uit alle hoeken en gaten. En iedereen gaat naar voren om het vat te zien, wij werden bijna tegen een pilaar platgedrukt, maar een pelgrim heeft wel voor hetere vuren gestaan.

Santiago201

the masters of the Butafumeiro

En daarmee is ons programma voor Santiago beëindigd, nog een paar uur zwieren en van terrassen genieten, morgen vliegen we naar Groningen en beëindigen we de blog.

Afscheid

Beste Denis,

We hebben het gehaald. Dat wat voor ons drie maanden geleden nog onvoorstelbaar was, is werkelijkheid geworden: we zijn in Santiago de Compostela. Het enige wat je moet doen is stug elke dag 25 kilometers lopen, dan kom je overal, ook in Santiago.

Ik wilde je schrijven voordat ik naar het Noorden terugkeer, als op een afscheidsreceptie. Ik zal het kort houden, bij een goed afscheid hoeft immers weinig gezegd te worden, belangrijke zaken zijn dan al op een eerder en rustiger moment besproken.

Het is een overdonderende tocht geweest, op dit moment hebben we de indruk dat we de helft van de reis al weer zijn vergeten. We hebben tijd nodig, tijd om bij te komen van de inspanningen, om te beseffen wat er allemaal gebeurd is en om ons weer voor te bereiden op het normale leven.

Het is een tocht geweest dat ons heeft verrijkt, het dwong ons na te denken over datgene wat voor ons belangrijk is, over onze plaats in de samenleving. Wat een toeval was het dat ik jou daarbij weer ben tegengekomen. Sommigen zullen dit weerspreken en zeggen dat het voorbestemt was maar jij (en ik) weten beter. Het was inderdaad toeval en dat is juist het mooie van het leven. We spraken elkaar voor het eerst op het Spinoza Lyceum in Amsterdam, de lerares geschiedenis stelde ons aan elkaar voor en zij heeft een jaar lang over niets anders gesproken dan over jullie, Les Philosophes. Maar toch nog niet zo indringend als Philipp Blom tijdens onze voettocht door Frankrijk. Maar, zoals beloofd, ik hou het kort, in eerdere blogs heb ik hierover reeds geschreven.

Vergezeld door jouw filosofie zijn we langs kerken en pelgrimsplaatsen getrokken. Hoe graag zou ik met jou daarover in discussie gaan aan een grote en rijkbedeelde dis. Ik ben nog meer onze autochtone Europese waarden gaan waarderen, de democratie, de scepsis, de veelzijdigheid, de schoonheid. En wat een bijdrage heeft de vroeg-middeleeuwse clerus hierbij wel niet gespeeld. Ik zie je gruwen, maar hef het glas en hef je stem, weerspreek mij!, niet gehinderd door dogma’s of taboes.

Of wacht, nog even, ik ben het belangrijkste vergeten. Die drie maanden Camino zijn een leerschool waarvan de pelgrim zelf de inhoud bepaalt. Mijn colloquium bestond uit al wat ik zag op de Camino, de gesprekken met andere pelgrims en bewoners, de boeken van jou en anderen. Dat heeft een oude levensles onderstreept, een les die mijn ouders mij hebben geleerd en die op de middelbare school en de universiteit slechts is versterkt: buig niet voor (kleine) dictators, voor communisme of voor nieuwe intolerante groeperingen in Nederland. Leef vrij en onverveerd.

Cervantes1

het is Cervantes-jaar! (1547 – 1616)

koopt en leest allen Don Quichotte!

 

Uitgeblust

de kathedraal aan je voeten, Plaza de Obradoiro

Santiago de Compostela, 2 juni, 22 hr, 20 ºC, 0 km

We zijn geen medici of inspanningsfysiologen. We dachten dat we vrolijk huppelend door de straten van Santiago zouden snellen. Verlost van de rugzak en vol van energie. Het tegenovergestelde gebeurde. Nadat we voor het eerst sinds drie maanden hadden uitgeslapen en een groot ontbijt hadden genuttigd, sleepten we ons voort. We zaten urenlang op en rond het Plaza de Obradoiro. Dat is geen straf overigens, zien hoe mensen over dit wijdse plein naar de kerk of de Parador schrijden, pelgrims per voet en fiets arriveren (en op de stenen neerploffen), kinderen rondjes rennen en het grijs van de gebouwen gedurende de dag steeds anders kleurt.

Elke dag wordt om 12 uur de pelgrimsmis in de kathedraal gehouden. De kerk was volledig gevuld, mensen zaten in de gangpaden, de wensdroom van elke Nederlandse priester. De bisschop heeft ons genoemd, we hoorden bij de Nederlandse pelgrims die gisteren uit St. Jean waren aangekomen. Vertrekpunten zoals Eijsden, die meer dan 25 kilometer van de Spaanse grens lagen, werden niet genoemd. We fronsten de wenkbrauwen maar de bisschop gaf geen krimp. Helaas werd de pelgrimsmis, dus voor pelgrims uit alle landen, gehouden in het Spaans. De eerste 20 minuten dringt de kern van het betoog nog tot je door maar daarna hebben we de kapitelen en het goud van Jacobus en het altaar bekeken. En de hardhouten bank gevoeld. Draakjes heb ik niet gezien, ook de ooievaars en Balthasar, de griffioen, waren afwezig. Ooit was dit het hoogtepunt van de Romaanse bouwkunst maar het is in de afgelopen eeuwen ernstig toegetakeld. Hadden ze maar welstandscommissies gehad om alle oude verbouwingsplannen af te keuren.

Santiago101

Santiago aan je voeten

Vanuit de Parador zijn we verhuist naar een kamer dat veel minder kost, waar je wel vriendelijk geholpen wordt en dat een eigen terras heeft met uitzicht op een stadsplein. Met een glas wijn wordt elke voorbijganger bekeken en becommentarieerd.

Je ziet, de Groninger pelgrims zijn toeristen geworden.

We zijn in Santiago!!

op de Plaza del Obradoiro met de kathedraal

(Pedrouzo -) Santiago de Compostela, 1 juni, 20 hr, 21 ºC, 20 km, Totaal: 2383 km (of 2455 volgens de GPS metingen van Monique, we zullen de verschillen analyseren)

We zijn in Santiago. Yes , yes, YES! Joepieeeeeee! De laatste loopdag kunnen we gelijk vergeten, langs een vliegveld en wat snelwegen maar uiteindelijk stonden we op de Plaza do Obradoiro. Voor de kathedraal. Tussen de andere pelgrims, die met de fiets of per voet waren aangekomen. We hebben elkaar een enorme zoen gegeven. Ondanks tegenslagen, slecht weer, rotpaden, modder en wind hebben we het meer dan 100 dagen voortgestapt. Hebben we elke dag een minieme maar gestage voortgang geboekt. En daardoor staan we nu hier. Onze hoofden zijn vol, wat is er allemaal wel niet gebeurd de afgelopen 3 maanden. Het moet bezinken, maar nog niet nu. We liggen op de grond, lopen rond, begroeten bekenden die arriveren. Of je wordt aan je arm getrokken en zie je mensen die je in Navarra had ontmoet, of bij Leon etc.

Santiago2

op het plein met Duitse en Amerikaanse pelgrimsvrienden

Het is over, dit was de laatste etappe, het is echt over. Maar de adrenaline stroomt door onze lijven. We willen doorgaan. Snel, eerst onze Compostela’s halen. En die liggen nu op onze kamer in het Palacio del Reyes Catolicos.

Santiago4

de Credenciales met stempels waarmee je een Compostela aanvraagt

Santiago5

de Compostela van Monique

We hebben geen idee wat we morgen gaan doen. O ja, de kathedraal bezoeken. Maar eerst eten en feesten met onze nieuwe vrienden. Tot morgen!

Morgen zijn we in Santiago!

(Arzúa -) Pedrouzo, 31 mei, 17 hr, 20 ºC, 20 km, Totaal: 2363 km

Een zucht van verlichting ging vanochtend door de kamer van het Groninger Camino-team. Het weer was veranderd, de weersverwachting had gelijk. Een lichte mist hing in de dalen beneden ons en daarboven troonde een heldere blauwe hemel. Nog twee dagen te gaan. Twee uitloopdagen van 20 en 18 kilometers. Piece of cake, Makkie, Doen-we-effe. We begonnen aan de eerste uitloopdag en ook de andere lopers leken er zo over te denken. Het peloton was aan de laatste etappe van de Tour de France begonnen. Maar deze laatste etappe is ditmaal over twee dagen verspreid. De bars langs de route zaten vol, om 11 uur stond de wijn en het bier al op terrastafeltjes en de pelgrims glimden in de zon, van tevredenheid of de zonnecrème. We hadden het allemaal verdiend na de hoosbuien van de laatste dagen en de soms zware loopdagen daarvoor.

We hebben veel “morgens” gehad. Op 14 februari zouden we morgen in de trein stappen naar Eijsden om te beginnen aan een tocht waar we ons weinig bij konden voorstellen. De Camino. Op de TV en tijdens onze vakanties hadden we veel gezien over de Camino in Spanje maar hoe zou het leven uitzien van een pelgrim in België of Frankrijk. En zou Puck goed meelopen (ja, dat deed ze!)

Paal2

nog 105.237 meter

Op 12 maart zouden we morgen in Vézelay arriveren. Het zou een een bijzondere stad zijn, dat hadden we gehoord, maar we verwachtten vooral een klein plaatsje met veel pelgrims-winkels omdat het de startplaats is van de Camino Lemovicensis naar de Pyreneeën. We waren niet voorbereid op de spirituele klap die deze stad uitdeelt aan iedere bezoeker. Wat een serene plek, wat een prachtige Romaanse kerk. Wat een oase van rust en bezinning.

Paal4

nog 61.628 meter

Op 24 april zaten we in St. Jean Pied de Port, aan de voet van de Pyreneeën. Op deze dag zagen we voor het eerst de pelgrimhordes waarmee we de rest van de Camino Francés zouden lopen. Morgen zouden we over de pas bij Roncesvalles gaan. Dat zou geen probleem moeten zijn, we waren helemaal ingelopen. Toch?

Paal5

nog 32.853 meter

Op 2 mei zaten we in het Carlton te Logroño. De stemming was bedrukt. Morgen zouden we de huurauto ophalen om daarmee Puck naar Groningen te brengen. 1600 kilometers rijden naar Groningen, in twee dagen. En daarna hetzelfde in omgekeerde richting. Maar dan zonder Puck. Geen Puck. En toch verder lopen. Zonder Puck.

Paal6

en vandaag, nog slechts 18.500 meter

En morgen, op 1 Juni, komen we aan in Santiago. De straat die door de stad naar de Plaza del Obradoiro loopt zal onze Avenues des Champs Élyseés zijn. We gaan niet sprinten maar de emoties zullen wel door het lijf gieren. De laatste stappen, de laatste bocht naar links en dan het plein op, eerst de Parador zien en daarna de kathedraal…. Maar dat is morgen.

Paal3

 

De Puck-index

de jonge Puck (r) naast de oude wijze Job (l)

PI (lees hieronder): maximaal, hoger kan niet

(Palas de Rei -) Arzua, 30 Mei, 21 hr, 14 ºC, 30 km, Totaal: 2342 km

Ha Puck,

Het is maandag, je hebt een vrije dag, je zult je wel in je mandje omdraaien, in de middag een rondje lopen en daarna tot je avondeten doorslapen. En misschien denk je aan de heel grote wandeling die je met ons de afgelopen twee maanden hebt gemaakt.

Meisje, wees maar blij dat je in Groningen bent. Dit zou niet een gebied zijn waar jij gelukkig zou zijn. Er lopen hier veel herdershonden over de straten, die niet zijn  aangelijnd, ook van die heel grote grauwe herders, zoals de Gorilla uit Kostverloren waar jij zo bang voor bent. We kijken naar ze, lopen langs ze en we denken, het is maar goed dat jij niet aan onze voet loopt.

De paden zijn evenmin lekker, veel scherpe stenen en soms een steile helling, paden waar jij in Navarra al moeite mee had. Inderdaad, jij ligt in Groingen, geeuw maar en draai je je nog maar eens om.

En dan het weer, je zou hier met je kop tussen je schouders lopen. Af en toe schijnt de zon maar daarna komt de regen met bakken uit de hemel vallen. Al drie dagen lang. Je zou bibberend in het pension aankomen. Of we zouden opnieuw in een garage moeten overnachten omdat ze geen honden accepteren. Maar dan had je weer gewoon tussen ons in gelegen. We hadden het wel gered met elkaar.

We hebben een formule hoe leuk jij een Camino-dag vindt, de Puck Index (PI):

PI = 100* (het aantal onbewaakte etensbakjes) + 20*(het aantal uitgebreide krabbelsessies) + 10*(aantal ontvangen knuffels) – 10*(aantal grote blaffende honden) – 10*(aantal stortbuien) – 5*(aantal steile heuvels) -20*(de bodemindex)

Puck300

geen herder, maar toch, PI: negatief!

De Puck Index zou de afgelopen dagen negatief zijn maar morgen klaart het weer op zijn er minder heuvels. Hou dan ook, over een week lig je weer aan onze voeten. Dan vertellen we je alles over wat we hebben beleefd nadat we jou naar Groningen hebben gebracht. Over de lekkere hammen die hier aan haken hangen, over koeienstront op de weg (“Nee Puck, kom op, vooruit, doorlopen!”) of de haas die over het pad rende (“heeft die even geluk dat Puck er niet is”).

Nou meisje, nog een mooie vakantie bij Agnes en volgende week lig je weer op je oude vertrouwde stek in onze woonkamer.

Puck200

een gesprek tussen twee dames, PI: hoog!

De inquisiteur

(Sarria -) Palas de Rei, 29 mei, 17 hr, 15 ºC, 26 km, Totaal: 2312 km

Daar was hij weer. Sommige mensen herken je direct, ook al heb je ze lange tijd niet gezien. Hij liep 100 meter voor ons. Telefoon aan het oor en druk in gesprek. Een gesprek waar geen eind aan leek te komen. Een serieus gesprek, niet met voetbalvrienden, soms druk sprekend dan weer aandachtig luisterend waarbij het hoofd naar de stenen op het pad keken.

We hadden hem dus eerder gezien, in Navarra, drie weken geleden. Drie weken is lang op de Camino, met iedere dag nieuwe indrukken, plaatsen en mensen, veel langer dan drie weken in het normale dagelijkse leven. Ook in Navarra bleef hij in gesprek, maar op zijn hoede, als iemand hem inhaalde sprak hij zachter en bekeek de loper aandachtig. Toch had hij niet in de gaten dat ik hem stilletjes van achteren besloop voor een foto. Om hem daarna alsnog luidruchtig voorbij te gaan.

Ik wilde opnieuw een foto van hem maken. Of toch niet. Ik naderde hem zachtjes en riep plotseling in zijn vrije oor “OLA!“.

Het was, zoals Wim Sonneveld het zei,

“een géintje meneer Sonneberg”

Hij schrok zich rot, telefoon viel uit zijn handen, hij trachtte het nog te grijpen maar het ontglipte nogmaals zijn vingers en kwam in een waterplas. No!” en wat andere kwade geluiden, de telefoon was al weer uit het water. Zorgvuldig werd het drooggemaakt. En daarna keek hij mij aan. He was not amused.

“Ik ken je, ik heb je eerder gezien”. Zijn stem liet er geen twijfel over bestaan, dit zou nooit meer goed komen.

“Het zou kunnen. In Navarra?, maar doet uw iPhone het nog, het viel op de grond”

Hij liet zich niet afleiden .“We kennen je en houden je in de gaten”

chagrijnen zijn het allemaal tegenwoordig, meneer Sonneberg

wáar is de humor gebleven vandaag de dag?

“Nederlanders op de Camino hebben altijd onze bijzondere aandacht. Niet te vertrouwen. Maar we volgen ze op de voet.”

een aardigheidje, meneer Sonneberg.

Maar denk je dat ie moest lachen?

Ik was stomverbaasd maar voor ik kon reageren ging hij al verder.

“Herinner je Pamplona en Santo Domingo? We zijn goed geïnformeerd, vooral over lieden met subversieve literatuur”

(Hm, in beide plaatsen sliepen we in grote hotels, in Pamplona waren ’s avonds de handdoeken verwisseld terwijl we er niet waren. Dat was gek maar we hadden geen navraag gedaan. Zoals altijd lag een stapeltje boeken op het nachtkastje, een paar hiervan staan op de Index van verboden werken. Oppassen, dit kan serious business worden. Deëscaleren!)

“U zult het wel aardig druk hebben en met veel mensen samenwerken”

“We zijn op alles voorbereid. Ik heb contacten tot in de hoogste cirkels, ik kan onbeperkt mensen inschakelen “

(Dom, dom, dom. Tim, probeer een verbinding te maken)

“Gaat u ook naar Palas del Rei?”

“Natuurlijk, iedereen loopt daarheen. Waarom?”

“Vanavond wordt in de kerk een uitvoering gegeven van Gesualdo. De Tenebrae, prachtig donkere muziek, maar u zult het wel kennen”

“Natuurlijk”

“We hebben zijn geboorteplaats bezocht, Venosa, in het Zuiden van Italie, maar veel mensen die ik daar ontmoette hadden nog nooit van hem gehoord”

“Een schande. Dat komt doordat kinderen niet meer naar onze scholen gaan. Dat zouden ze in Italië beter moeten aanpakken, in Nederland ook overigens”

(ik ruik gefrustreerde ambities…)

“Wat vindt u eigenlijk. Is de Camino niet verwaterd tot een gewone wandeltocht? Ik moet stempels bij bars en restaurants halen alsof het een vierdaagse is”

Sonneberg2

een Credencial stempel in een bar

“en busladingen toeristen wandelen een dagje mee. Inderdaad, het gaat allemaal veel te gemakkelijk. Er moet meer ascese komen. En toewijding aan de Roomse zaak”

“en geen mensen die, zoals wij, in pensions en hotels slapen?”

“inderdaad, de pelgrim moet weer in kloosters overnachten. Een stuk brood, wat soep en een glas wijn. Om 9 uur naar bed en om 6 uur opstaan. En daarna eerst de mis bijwonen voordat ze gaan lopen.”

“en elke bar die nog een stempel durft te zetten in een Credencial wordt geëxcommuniceerd. Maar het wordt anders en dat zal sneller gaan dan iedereen denkt.”

(ik rook nieuws)

“wat bedoelt u, gaan de regels veranderen?”

“wacht 25 juli af”

“de verjaardag van Jacobus”

“NAAMDAG van Jacobus, jij ongelovige Hollandse rat. Als de Hoogste naar Santiago komt zal hij het openbaar maken. Dan zullen wij van jullie Hollanders, Denen, Engelsen, Chinezen, Koreanen en al dat andere ongelovige spul verlost worden”

“de Hoogste, kom de paus hierheen?”

“Doorlopen jij! Waarom spreek ik eigenlijk met jou! Laat ik je niet meer zien. Zeker niet in Santiago want anders zul je in de kerkers eindigen, samen met die Diderot van je!”

Een gezellige discussie was niet meer mogelijk, ik liep verder.

“Pas maar op, minder dan 75% van de pelgrims haalt de eindstreep, je weet nu wat met de anderen gebeurt!”

ik heb de NRC, De Volkskrant en Trouw gebeld met dit nieuws. Zodat half Nederland nog naar Santiago kan lopen voordat de slagboom bij de Spaanse grens naar beneden gaat. Ze hebben het niet geplaatst, ze wilden een tweede bron hebben die dit nieuws kon bevestigen. Maar nu hebben jullie het van mij. Pak je rugzak en ren naar Santiago voor de Compostela. Voordat het te laat is.